WAT IS WEDERGEBOORTE? (3)

 

WAT WE ONTVANGEN DOOR WEDERGEBOORTE

Gods leven

 

Gods leven is het eerste en belangrijkste element dat wij door de wedergeboorte ontvangen. Het leven van een levend wezen is de bron van alle mogelijkheden, functies en activiteiten van dit wezen. Dit leven bepaalt niet alleen zijn verschijning, maar ook zijn uitdrukking. God heeft het hoogste leven. Alles wat God is, en alles wat er zich in Hem bevindt, bevindt zich in Zijn leven. Ook Zijn goddelijke natuur bevindt zich in dit leven van God. Alles wat Hij is — zoals waarheid, heiligheid, licht of liefde — wordt ontleend aan Zijn leven.

 

Gods leven bevat bovendien die grote kracht die de Heer Jezus uit de doden opwekte. Toen de Heer Jezus stierf, trachtte de dood Hem uit alle macht vast te houden, maar de Heer verbrak de banden van de dood en verrees. De dood kon Hem niet weerhouden, omdat Hij het krachtige leven van God bezat (Ef. 1:19-20). Dit is hetzelfde leven dat wij ontvangen bij onze wedergeboorte.

 

De wet des levens

 

Een wet is een regel, een constante en onveranderlijke regel. De wet des levens is een natuurlijke, ingeboren, automatische functie van een bepaald soort leven. Hoe hoger het leven, hoe hoger de wet die eraan verbonden is. Omdat Gods leven het hoogste leven is, bestaat er dus ook geen hogere wet dan de wet des levens. Deze hoogste wet heeft betrekking op de functie van het goddelijke leven. Met elk soort leven — of het nu over het planten-, dieren-, menselijke of goddelijke leven gaat — is er sprake van een automatische, ingeboren functie. Die functie is de wet van dat bepaalde soort leven. Zo heeft de abrikozenboom een levenswet, die ervoor zorgt dat hij uitsluitend abrikozen voortbrengt. De abrikozenboom heeft dus niemand nodig om hem te leren abrikozen in plaats van appels voort te brengen. Er is namelijk een innerlijke wet die de abrikozenboom verhindert om appels voort te brengen en die hem vanzelf abrikozen doet dragen.

 

De wet des levens, die wij met het goddelijke leven hebben ontvangen, bevat al de wetten die in Hebreeën 8:10 worden genoemd, namelijk de wetten die Hij in ons verstand en in onze harten geschreven heeft. Dit zijn andere wetten dan de wetten van het Oude Testament. De wetten van het Oude Testament werden op stenen tafelen geschreven en dus niet in de mens zelf (Ex. 34:1, 28). De wetten des levens zijn Gods wetten die Hij door middel van Zijn Geest in onze harten geschreven heeft. De wetten die op stenen tafelen geschreven werden, waren uiterlijke wetten, wetten van de letter, dode wetten en wetten zonder kracht. Het zijn wetten die niet in staat zijn om iets in de mens te volbrengen (Rom. 8:3; Heb. 7:18-19). Maar de wetten die geschreven zijn op de tafelen van ons hart zijn innerlijke wetten die grote kracht bezitten. Zij stellen ons niet alleen in staat om Gods hartsverlangen te kennen en Zijn wil te gehoorzamen, maar ook om God Zelf te kennen en Hem tot uitdrukking te brengen.

 

Het goddelijke leven dat wij bij onze wedergeboorte hebben ontvangen, is levend, spontaan, actief en ondernemend. Dit leven beheerst ons gedrag vanbinnen uit en stelt ons in staat om Gods verlangen te kennen en ernaar te handelen. Daarom heeft zelfs de jongste christen geen uiterlijke leerstellingen en regels nodig, maar moet hij zijn volle aandacht op de regulerende werking van de innerlijke wet des levens richten.

 

'De wet van de Geest des levens' die in Romeinen 8:2 wordt genoemd, is de wet des levens in ons binnenste. Omdat deze wet is afgeleid van Gods leven en hij niet van de Geest van God gescheiden kan worden, noemt Romeinen 8 deze wet `De wet van de Geest des levens'.

 

Een nieuw hart

 

Ezechiël 36:26 vertelt ons, dat wanneer God ons reinigt, redt en regenereert, Hij ons een nieuw hart geeft. Wat is een nieuw hart? Een nieuw hart is een oud hart dat door God werd vernieuwd. Na de vermelding van het feit dat God ons een nieuw hart geeft, staat er dat Hij ons stenen hart wegneemt en ons een hart van vlees geeft. God geeft ons dus een nieuw hart door de vernieuwing van ons oude hart.

 

Voordat we gered waren, was ons hart tegen God gekant, had het ook geen verlangen naar God en was het bovendien zo hard als een steen tegenover Hem. Vandaar dat het een 'stenen hart' genoemd wordt. Maar toen de Heilige Geest ons regenereerde, bracht Hij ons hart ertoe zich te bekeren, zijn zonden te belijden en zacht te worden ten opzichte van God.

 

Ons hart vertegenwoordigt ons met betrekking tot onze neiging, onze genegenheid, ons genot en onze liefde voor dingen. Vóór onze wedergeboorte neigde ons hart zich voortdurend tot de zonde en de wereld; verder was het koud en hard tegenover God en geestelijke dingen. Zodra we wedergeboren en gered zijn, wendt ons hart zich tot God, heeft Hem lief en verlangt naar Hem. Ons hart verlangt dan ook naar geestelijke en hemelse dingen. Wanneer dergelijke dingen ter sprake komen, verblijdt ons hart zich daarover.

 

Een nieuwe geest

 

Ezechiël 36:26 zegt bovendien dat God ons een nieuw hart in ons binnenste zal geven. Dit verwijst niet naar de Heilige Geest, maar naar onze menselijke geest. Wat is eigenlijk een nieuwe geest? Net zoals het nieuwe hart het oude hart is dat nieuw gemaakt wordt, zo is ook de nieuwe geest de oude geest die nieuw gemaakt wordt. Zodra de oude geest wordt vernieuwd, wordt hij levend gemaakt. 'Hoewel wij dood waren door de overtredingen mede levend gemaakt met Christus' (Ef. 2:5). Het grootste probleem waar ons oude hart mee te kampen heeft, is zijn hardheid, terwijl het grootste probleem waar onze oude geest mee te kampen heeft zijn doodsheid is. Maar prijs de Heer! Na de wedergeboorte werd ons hart zacht en onze geest levend voor God.

 

De geest van de mens werd door God geschapen als een orgaan om Hem te beroeren. In Genesis 1 en 2 had de mens gemeenschap met God door middel van zijn menselijke geest. `De geest van de mens is een lamp des Heren, doorzoekende al de schuilhoeken van het hart' (Spr. 20:27). 'God is Geest en wie Hem aanbidden, moeten aanbidden in geest en in waarheid' (Joh. 4:24). `Want God, die ik met mijn geest dien in het evangelie van zijn Zoon, is mijn getuige' (Rom. 1:9). Filippenzen 2:1 zegt: `Indien er enige gemeenschap is des geestes.' In Genesis 3 werd de geest van de mens beschadigd door zijn val en door de verontreiniging der zonde. Zo verloor de menselijke geest zijn functie ten opzichte van God en stierf. Toen de geest van de mens stierf, beschouwde God de hele mens als dood ( Ef. 2:5).

 

Ten tijde van onze wedergeboorte reinigt het bloed van de Heer Jezus onze geest van deze verontreiniging. Dan brengt de Geest van God het goddelijke leven in onze geest om hem levend te maken (Kol. 2:13). Zo wordt onze oude, dode geest vernieuwd en levend gemaakt. Wanneer God ons regenereert, werkt Hij van twee kanten. Enerzijds gebruikt Hij het bloed van de Heer Jezus, om de verontreiniging van onze geest weg te wassen en onze geest weer rein te maken. En anderzijds brengt Hij — door Zijn Geest — Zijn leven in onze geest, zodat onze geest het goddelijke element zou bevatten. Zo vernieuwt Hij onze oude geest en maakt er een nieuwe geest van.

 

Daar God ons, ten tijde van onze wedergeboorte, al een nieuw hart gegeven had, waarom moest Hij ons dan ook nog een nieuwe geest geven? De reden is, dat ons hart God weliswaar kan liefhebben en naar Hem kan verlangen, maar hij kan God niet ontvangen of beroeren. Hij moet een nieuwe geest in ons geven, zodat we Hem kunnen beroeren en gemeenschap met Hem kunnen hebben.

 

De Heilige Geest

 

Ezechiël 36:27 zegt verder ook dat God Zijn eigen Geest in ons geeft. Wanneer God ons regenereert, brengt Hij zowel Zijn leven als Zijn Geest in onze geest om onze dode geest levend te maken. Romeinen 8:9 zegt: 'De Geest Gods woont in u' en vers 16 zegt: 'De Geest getuigt met onze geest.' Deze twee verzen tonen duidelijk aan dat de Geest van God in onze geest woont. Zodra de Geest in onze geest komt, zijn wij één geest met de Heer. 1 Kor. 6:17 zegt: 'Maar wie de Heer aanhangt, is één geest met Hem' (Herz. Voorh. Vertaling).

 

`Gij daarentegen zijt niet in het vlees, maar in de Geest, althans, indien de Geest Gods in u woont. Indien iemand echter de Geest van Christus niet heeft, die behoort Hem niet toe. Indien Christus in u is, dan is wel het lichaam dood vanwege de zonde, maar de geest is leven vanwege de gerechtigheid' (Rom. 8:9-10). Deze twee verzen tonen aan dat de Geest van God die in ons woont, de Geest van Christus is en dat de Geest van Christus die in ons woont, Christus Zelf is. De Geest van God, die in ons woont, is de belichaming van Christus Zelf. Zodra wij geloven openbaart God Christus in ons door Zijn Geest (Gal. 1:16). Wanneer wij Christus ontvangen als onze Heiland, komt Hij in ons wonen als de Geest (2 Kor. 3:17; 13:5). Christus is de vleeswording van God, de belichaming van God. Alles wat God is, de volheid van de Godheid, woont in Christus lichamelijk (Kol. 2:9). Het feit dat Christus in ons woont, bewerkt dan ook dat wij gevuld worden met de volheid van de Godheid (Ef. 3:17-19).

 

God

 

Daar Christus de belichaming is van God en wij Christus ontvingen ten tijde van onze wedergeboorte, kunnen we hieruit concluderen dat wij God bezitten. Verder is de Geest de werkelijkheid van Christus. God is in Christus en Christus is de Geest. We weten dat God in ons woont door de Geest die Hij ons gegeven heeft (1 Joh. 3:24; 4:13). De Heer Jezus vertelde ons ook dat God en Hij samen in ons wonen (Joh. 14:23). Als de. Geest in ons woont, wonen Christus en God ook in ons. De Geest, Christus en God wonen in ons als één.

 

Wanneer de Bijbel vermeldt dat de Heilige Geest in ons woont, dan ligt de nadruk op het feit dat Hij ons zalft (1 Joh. 2:27). Wanneer de Bijbel vermeldt dat Christus in ons woont, dan ligt de nadruk op het feit dat Hij in ons woont als ons leven (Gal. 2:20). En wanneer de Bijbel vermeldt dat God in ons woont, dan ligt de nadruk op het feit dat Hij in ons werkt (Fil. 2:13; Heb. 13:21; 1 Kor. 12:6). De Geest zalft Gods element in ons wezen; Christus leeft Gods leven in ons en door ons; terwijl God Zijn wil in ons werkt en Zijn wil in ons ten uitvoer brengt.

 

Hoe heerlijk zijn alle dingen die wij bij onze wedergeboorte ontvangen! Ten tijde van onze wedergeboorte ontvangen we onder meer het leven van God alsook de wet van dit leven, een nieuw hart en een nieuwe geest, de Heilige Geest, Christus en God Zelf. Dit is zonder meer alles wat we nodig hebben! Dit is ook meer dan voldoende om ons de overwinning te schenken en ons boven onze problemen uit te tillen. Op deze manier zullen we in het leven groeien en volwassen worden.

 

DE TIJD VAN ONZE WEDERGEBOORTE

 

Dit is een geweldig punt! Volgens de Bijbel werden wij wedergeboren toen Christus uit de doden opstond. 'Geloofd zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons naar zijn grote barmhartigheid door de opstanding van Jezus Christus uit de doden heeft doen wedergeboren worden tot een levende hoop' (1 Pe. 1:3). Negentien-en-een-halve eeuw geleden werd onze wedergeboorte dus eens en voor altijd volbracht. Volgens onze ervaring werden we enkele jaren geleden wedergeboren, maar vanuit het goddelijke gezichtspunt, was onze wedergeboorte volledig volbracht toen Christus uit de doden opstond. Onze ervaring van de wedergeboorte is dus volledig gebaseerd op hetgeen Hij heeft volbracht. Dit is een van de vele geweldige erflatingen die wij in het Nieuwe Testament mogen ontvangen.

 

DE WEDERGEBOORTE IS EEUWIG

 

De wedergeboorte is een eeuwige relatie door middel van een geboorte, die nooit meer teruggedraaid kan worden. Niemand kan 'ongeboren' worden, als hij eenmaal geboren is. Net zoals dit een onomstotelijk principe is in het fysieke leven, zo is het nog vaster en onomstotelijker in het geestelijke bereik. Zodra we uit God geboren zijn, zijn we voor eeuwig Zijn kinderen, ongeacht onze conditie. Hoewel we tijdelijk van de Heer af kunnen dwalen, kan onze relatie met Hem, door onze wedergeboorte, nooit ongedaan gemaakt worden. Dit grote feit geeft ons veel vertrouwen en vrijmoedigheid — ondanks de aanwezigheid van tekortkomingen en zonde. Er bestaat geen mislukking die onze geboorte-relatie met God kan beëindigen. Zodra we ons hart wenden, kunnen we met vrijmoedigheid tot de Vader komen als Zijn dierbaar kind.

 

DE POSITIE VAN DE WEDERGEBOORTE TEN AANZIEN VAN GODS VOORNEMEN

 

God heeft een voornemen. Dit voornemen is dat God op aarde een collectieve nieuwe mens wil hebben. Deze nieuwe mens is naar Gods beeld om Hem tot uitdrukking te brengen. Verder werd Gods gezag aan deze nieuwe mens toevertrouwd om te heersen over de wereld die satan onrechtmatig in bezit genomen heeft (Gn. 1:28; Kol. 3:10-11). Zonder Gods leven kan Zijn voornemen nooit ten uitvoer gebracht worden. Want uitsluitend het goddelijke leven stelt ons in staat om in de werkelijkheid van Zijn beeld te leven. En uitsluitend het goddelijke leven stelt ons in staat om over de vijand, satan, te heersen. Wedergeboorte is onze eerste ervaring van het goddelijke leven. Gods behoudenis van ons is niet slechts een redding van de hel naar de hemel, maar veeleer een uitdeling van Zijn goddelijke leven in ons. Ten tijde van onze wedergeboorte ontvingen we dit goddelijke leven in onze geest. Vanuit onze geest verspreidt Hij Zich vervolgens in onze ziel door middel van het proces van transformatie. En uiteindelijk — ten tijde van Zijn wederkomst — zal Hij zelfs ons lichaam verzadigen. Dit zal onze verheerlijking zijn. Halleluja voor de wedergeboorte!

 

Witness Lee
What is Regeneration?

 

Lees ook:

Geestelijk bewustzijn

De bron van innerlijke tweestrijd

Een wonderbaarlijke normaliteit

Het ondoorgrondelijk geschenk

Onze unieke verantwoordelijkheid

 

Wilt u meer van deze bediening lezen, ga dan naar de boeken van: Watchman Nee of Witness Lee.

 

Bent u op zoek naar contact of heeft u vragen, ga dan naar onze Contact pagina.

 

Volgende / Vorige