HET GOEDE NIEUWS VAN ONZE ZEKERE BEHOUDENIS
Terwijl we vandaag op deze aarde leven, moeten we weten of we gered zijn of niet. Als dit niet het geval is, moeten we ons haasten om in de Heer Jezus te geloven en tot God te komen, om ons vertrouwen te stellen in alles wat Hij heeft volbracht voor onze behoudenis. Als we gered zijn, moeten we God niet alleen danken voor Zijn genade, maar moeten we tevens op deze aarde leven als geredde personen. 'Zie, nu is het de tijd des welbehagens, zie, nu is het de dag des heils' (2 Kor. 6:2). God accepteert ons nu, en redt ons vandaag — en niet pas nadat we gestorven zijn.
Soms, wanneer ik iemand vraag of hij gered is, antwoordt hij: 'Ik doe mijn best om het goede te doen, en om God te dienen, in de hoop, dat ik uiteindelijk gered zal worden' Dit is helaas ook niet juist. Dit betekent, dat hij de weg der behoudenis helemaal niet begrijpt. Denk je nu echt dat je in de toekomst gered kan worden, door vandaag te proberen het goede te doen en God te dienen? We moeten goed begrijpen, dat niet één van onze verdiensten en werken aanvaardbaar is voor God. 'Al onze gerechtigheden zijn als een bezoedeld kleed' ( Js. 64:6). Denk je nog steeds dat je verdiensten en goede werken je kunnen redden? Nee, tienduizend maal, nee! De Bijbel zegt heel duidelijk: 'Want door genade zijt gij behouden, door het geloof, en dat niet uit uzelf: het is een gave van God; niet uit werken, opdat niemand roeme' (Ef. 2:8-9).
Behoudenis komt, door ons vertrouwen op de Heer te stellen. 'Die zelf onze zonden in zijn lichaam op het hout gebracht heeft' (1 Pe. 2:24). `De rechtvaardige voor de onrechtvaardigen, opdat Hij u tot God zou brengen' (3:18). Hij heeft al het werk voor de behoudenis al volbracht. Je hoeft niet meer te doen dan in Hem te geloven en Hem te gehoorzamen. 'Stel uw vertrouwen op de Here Jezus en gij zult behouden worden' (Hnd. 16:31).
Probeer nu niet om door je eigen werken gered te worden. Het maakt namelijk niet uit hoe goed die werken zijn; zij kunnen je toch niet redden, omdat 'Gij behouden zijt ... niet uit werken' (Ef. 2:8-9). Als je je vertrouwen stelt in het volbrachte werk van de vervangende dood van de Heer Jezus aan het kruis, zul je behouden worden. Als je de Heer Jezus niet als je Zaligmaker aanneemt, dan zal er geen hoop op redding voor je zijn, omdat je jezelf namelijk niet kunt redden. Als je de Heer Jezus echter als je zondoffer aanneemt, hoef je niet meer te hopen op redding – dan heb je namelijk het eeuwige leven al ontvangen.
We hopen alleen op bepaalde dingen die we nog niet hebben ontvangen. Als we ze inmiddels hebben ontvangen, dan hoeven we niet langer onze hoop op hen te vestigen. Wanneer de vader van een kind zijn huis verlaat, hoopt het kind van harte dat het de vader spoedig weer zal zien. Maar zodra de vader thuiskomt, is het kind heel blij. Als de moeder het kind zou vragen: 'Hoop je nog steeds dat je je vader zal zien?' Dan zou het kind antwoorden: 'Ik heb mijn vader al gezien, waarom zou ik daar dan mijn hoop nog op vestigen?' We hebben werkelijk al iets ontvangen, we hoeven er dus niet langer onze hoop op te vestigen.
Of de wereld gelooft in Jezus en zal behouden worden en het eeuwige leven ontvangen, of zij is niet behouden en zal voor eeuwig verloren gaan. In dit geval is er geen gulden middenweg. `Opdat een ieder die in Hem gelooft ... het eeuwig leven hebbe ... wie niet gelooft, is reeds veroordeeld' (Joh. 3:16-18). De Bijbel verdeelt de mensheid slechts in twee categorieën: zij die gered zijn en zij die verloren gaan. Een derde categorie van mensen die hopen dat ze gered zijn, bestaat niet.
Als je werkelijk in de Heer Jezus als je Heiland gelooft en je gelooft bovendien dat Hij voor je zonden aan het kruis is gestorven, dan ben je al gered. Dan hoef je niet meer te hopen dat je ooit nog eens gered zal worden. Als iemand aan een drenkeling zou vragen — die net uit het water was gehaald — wat hij nu zou willen. Zou hij dan zeggen: 'Ik hoop dat ik spoedig weer aan wal zal staan?' Zou dat antwoord redelijk zijn? Broeders, als je in de Heer Jezus hebt geloofd, dan heb je het eeuwige leven al. Waarom twijfel je dan nog steeds? Je hebt het immers al ontvangen. Waarom heb je er dan nog steeds je hoop op gevestigd? In plaats daarvan moet je de Heer eenvoudig prijzen!
Watchman Nee,
The Collected Works of Watchman Nee, Vol. 6, pp. 813-814
Wilt u meer van deze bediening lezen, ga dan naar de boeken van: Watchman Nee of Witness Lee.
Bent u op zoek naar contact of heeft u vragen, ga dan naar onze Contact pagina.